[GITTE] Ja, ik zou echt in iedereen zo dicht mogelijk aan hun oor gaan zeggen: stopt eens efkes. Ja, ik zou willen dat iedereen soms eens efkes stilstaat en nadenkt over zichzelf. Maar ook misschien over de omgeving. Want ge kunt wel veel kritiek hebben op iemand, maar wat erachter steekt, soms mogen mensen wel eens wat verder nadenken.
[DOMINIQUE] Ge stapt. Ge stopt. Ge treuzelt. Ge versnelt. Ge rent. Ge botst. Dit is ‘Over de drempel’, een podcast van GTB, waarin ik kuier, stap, soms wat treuzel, maar vooral de weg bewandel van en met iemand die botst tegen drempels, hoge en harde drempels in de zoektocht naar werk. Drempels die ook opstapjes zijn. Ik ben Dominique, ik ben televisie-, theater- en praatjesmaker. En vandaag ben ik hier. Op een plek waar ik liever niet ben. Ja, ik moet eerlijk zeggen: ik leef wat op gespannen voet met zo’n plekken. Maar tegelijkertijd word ik mij wel bewust van het leven, als ik deze plek bezoek. Doods en toch vol leven. Met vogels die fluiten. Hommels die zoemen. En het gezelschap dat me opwacht. Gij moet Gitte zijn.
[GITTE] Klopt.
[DOMINIQUE] Die informatie klopt. Dag, Gitte.
[GITTE] Hoi!
[DOMINIQUE] Ik moet zeggen: het is wel een aparte plek, waar dat we nu zijn.
[GITTE] Maar toch mij, hoe raar dat dat ook mag klinken, heel liefdevol.
[DOMINIQUE] Ja, en waarom precies deze plek?
[GITTE] Omdat toen ik het heel, heel moeilijk had, een aantal jaren geleden, kwam ik heel veel naar hier, omdat mijn moemoe hier ligt.
[DOMINIQUE] Gitte haar moemoe ligt hier begraven. We ontmoeten elkaar aan het kerkhof van Oostmalle. Voor velen een eindhalte. Voor mij de start van een babbel. Een babbel met de 36-jarige Gitte uit Oostmalle. Een babbel die bijna onmiddellijk een diepgaand gesprek wordt. Hier rusten mensen voor eeuwig. Ervaart gij hier ook rust als gij hier zijt?
[GITTE] Ja, maar ik geloof ook ergens dat bijvoorbeeld moemoe nog altijd wel aanwezig is en opmerkt dat ik hier kom. Ik geloof daar nog wel in.
[DOMINIQUE] Is zij ergens?
[GITTE] Hier op deze plek geloof ik daar niet in. Maar als ik dan bij haar op het graf zit of aanraak of voel of gehurkt ermee praat, dan geloof ik dat wel, ja.
[DOMINIQUE] Gitte neemt me mee naar het graf van haar moemoe. Onderweg zie ik bloemen, lees ik opschriften, en vooral voel ik de zon die verwarmt. Hé, maar we hebben wel een prachtige dag uitgekozen. Allee, gij hebt een prachtige dag uitgekozen.
[GITTE] Ja, ja. Kon dat altijd zo, dan was het leven heel simpel.
[DOMINIQUE] En voelt ge u ook zonniger op zo’n dagen?
[GITTE] Ja, in de zin dat ik wel vrolijker opsta. Het is leuk dat ge opstaat, dat het zonnetje schijnt, dat ge efkes buiten gaat om wat afval weg te doen, en dat ge de vogeltjes hoort. En dat ge niet in den donkeren begint te werken.
[DOMINIQUE] Hier zijn hier ook veel, ja, uiteraard, bloemen op de graven. Maar ik zie hier ook veel hommels, bijen. Zijt gij een bezige bij?
[GITTE] Minder dan vroeger, omdat ik wel probeer aan mijn grenzen te werken. En vroeger was ik grenzeloos. Ja, dus minder. Ik aanvaard dat ik beperkingen heb, ik aanvaard mijn leeftijd ook wel ergens al. Dus ik let daar wel op. Maar dat blijft een moeilijke, hé, grenzen.
[DOMINIQUE] Ja, zeker. We staan stil. Bij de eerste drempel in Gitte haar leven. Op bezoek bij... Josée.
[GITTE] Ja!
[DOMINIQUE] Mooi. En haar man, die ook. Het is mooi, want de Jos... Er hangen twee fotootjes... En de Jos kijkt een beetje naar Josée, hé.
[GITTE] Ja.
[DOMINIQUE] En hoelang is moemoe er niet meer?
[GITTE] Moemoe is gestorven in 99. Dus dat is eigenlijk al wel heel lang. Maar wij zaten daar als kind wel veel. Mijn ouders zijn zelfstandigen. Ja, en moemoe was iemand dat heel zorgzaam was, heel liefdevol, een echte thuis gaf, waar we nog aan de afwas in een emmerke zo, hé, mochten met pottekes en pannekes. Ja, waar dat de chocotoff nog heel belangrijk was.
[DOMINIQUE] De chocotoff. De chocotoff is sowieso belangrijk in het leven.
[GITTE] Ja, voilà. Dus nee, ja. Moemoe is voor mij wel echt liefde.
[DOMINIQUE] Wat voor kind waart gij, toen moemoe nog leefde? Want, ja, het is bijna 22 jaar geleden. Wat voor Gittetje liep daar rond toen ten huize moemoe?
[GITTE] Een heel moeilijke. In die zin dat bij mij moest alles perfect zijn. Mijn haar moest perfect zijn, mijn schoenen. Alles moest perfect zijn. Ik deed ook alles wat de maatschappij of mijn ouders vroegen. Dus perfect in dat gareeltje. Wat voor mij daarna wel heel moeilijk is geworden. Maar dus mijn eigen ik was er eigenlijk niet.
[DOMINIQUE] En toen het daarna dus moeilijk werd, kwam Gitte naar hier. Naar Josée. Haar graf grenst aan een hoge haag, die vandaag stevig ruist en het zonlicht net niet wegneemt.
[GITTE] Ik weet dat ik hier ooit zo dikwijls... Ik ging altijd zitten op het graf. Als de zon erop staat, ge moogt voelen, ze, dan is dat echt wel heel warm.
[DOMINIQUE] Oké, ik ga een keer voelen.
[GITTE] Ja. En dat gaf mij toen warmte.
[DOMINIQUE] Ah! Maar allee. Letterlijk? Allee, jong, dan gingt gij hier altijd...
[GITTE] Zitten.
[DOMINIQUE] Op gesprek met uzelf ook een beetje, niet?
[GITTE] Goh, ja. Ik keek naar haar en ge krijgt geen antwoorden, maar doordat ge dan met haar praat, komt er inderdaad soms precies ineens iets binnen wat ge op een andere plek nooit zoudt binnengekregen hebben.
[DOMINIQUE] Gitte vertelt me dat ze hier vaak zat. Toen ze diep zat. Op het graf van haar moemoe op zoek naar warmte en troost als tiener. Maar ook later. Toen ze worstelde met het leven en met zichzelf.
[GITTE] Ja, ik had een leventje met mijn zoon. Gescheiden. Ik had een goeie carrière. Ik had enorm veel. En ik dacht dat dat allemaal oké was en goed was. En ik voelde wel dat het niet oké was. En een gegeven moment ben ik thuisgekomen van het werk en plaste ik zuiver bloed. Opgenomen. Oké, ja, dan was het wel heel duidelijk. Ik mocht dan na testen en zo ook niet meer gaan werken. Maar dan komt de leegte, het financiële plan dat helemaal om zeep is, waar dat ge jaren voor gewerkt hebt. Mijn scheiding. Heel mijn zelfbeeld was... Wie ben ik nog?
[DOMINIQUE] Maar kunt ge me efkes terugpakken in de tijd? Want wat was er dan aan de hand misschien?
[GITTE] Ja, ik had... Ze hadden al wel vastgesteld dat ik Crohnpatiënt was.
[DOMINIQUE] De ziekte van Crohn.
[GITTE] De ziekte van Crohn.
[DOMINIQUE] Wat doet dat met een lichaam? Wat doet dat met een geest?
[GITTE] Met het lichaam is... meestal als ik het aan mensen probeer uit te leggen, is het gewoon dat ge van, ja, van uw keel tot uw anus ontstekingen hebt. Dat iemand een maag-darmontsteking... Gij hebt dat veel. Maar met mijn geest deed dat in het begin niet veel, totdat ge beseft dat ge niet meer verder kunt. En dan doet dat heel veel, omdat: ge zijt een jong iemand en ge wilt nog verder, maar ge hebt uw beperkingen.
[DOMINIQUE] Want, allee, de ziekte van Crohn, ontstekingen, allee... Gij moet...
[GITTE] Da’s pijnlijk.
[DOMINIQUE] Hoe?
[GITTE] Da’s pijnlijk.
[DOMINIQUE] En gij ziet er mij inderdaad een Kempisch iemand uit. Altijd maar rechtdoor gaan. Kom, hup. Niet nadenken. Rechtdoor gaan.
[GITTE] Da’s waar.
[DOMINIQUE] Maar dat kunt ge niet blijven doen, want dan gaat dat lichaam efkes tegen uw geest zeggen: wij moeten een keer babbelen.
[GITTE] Ja, klopt. Ik heb dat blijven doen, waardoor ik ook nog lactose-intolerant ben geworden, fibromyalgie heb ontwikkeld. Neemt niet weg dat voor mij de Crohn, maar dat is misschien heel persoonlijk, de Crohn is wel echt heavy als dat opsteekt.
[DOMINIQUE] Maar hoe reageerde uw omgeving daarop? Want dat is...
[GITTE] De ziekte is eigenlijk niet zo veel aandacht aangegeven.
[DOMINIQUE] Nee? Maar ja, dat is toch...
[GITTE] Ja, da’s gek, hé. Maar ik...
[DOMINIQUE] Da’s rondlopen met een gebroken voet en zeggen: nee, nee, dat gaat wel beter gaan. Die is gebroken, hé. Daar moet iets gebeuren, hé. Toch?
[GITTE] Ja. Dat klopt. Maar ik betrap mijzelf daar soms nu ook nog op naar mijn zoon toe. Als die valt, zal ik ook niet zeggen: oei, oei. Dan zal ik zeggen: komaan! Ja, dat zit erin gebakken, denk ik.
[DOMINIQUE] Een specialiteit van de Kempen. Gaan, niet stilstaan. Bij Gitte zit ze ingebakken. Totdat ze tegen haar grenzen botst. Gitte neemt me mee naar zeven jaar geleden. Naar de donkerste fase in haar leven. Zo donker dat ze niet meer verder wil. Het resultaat van een samenspel van oorzaken, zegt ze. Er is de fysieke oorzaak. De pijn, voor alle duidelijkheid, de fysieke pijn heeft u zover gedreven.
[GITTE] Met een combi wel, denk ik, van mij niet geslaagd voelen als partner door de scheiding.
[DOMINIQUE] Gevolgd door een mentale aanleiding.
[GITTE] Mijn zelfrespect en mijn zelfbeeld ook wel helemaal aan flarden. Dus de combi van dat allemaal en dan niet de echtheid van Gitte in mij hebben. Mezelf kwijtgeraakt onderweg zonder het door te hebben. Ge gaat door en ge denkt dat ge uzelf zijt. Maar het is niet.
[DOMINIQUE] Hebt ge lang een andere versie van uzelf gespeeld om te voldoen aan de verlangens van andere mensen in uw leven.
[GITTE] Oh, ja. Niemand zag dat aankomen bij mij. Ik was de vrolijke, knappe Gitte. Ik ging naar mijn werk nog een pintje drinken hier in het dorp. Helemaal opgetut. Met krullekes. Ja,ja, niemand zag dat.
[DOMINIQUE] Want dat wordt vaak gezegd, bijvoorbeeld ook van zeer grappige mensen, die heel hard hun humor gebruiken om af te leiden hoe intriest dat ze zich voelen.
[GITTE] Ja, klopt.
[DOMINIQUE] Helemaal herkenbaar?
[GITTE] Helemaal herkenbaar.
[DOMINIQUE] Gij moet u heel, heel eenzaam gevoeld hebben.
[GITTE] Heel lang, ja.
[DOMINIQUE] Terwijl dat ge al pokke-eenzaam waart ervoor eigenlijk.
[GITTE] Ja. Ik kreeg wel complimenten van: ge ziet er goed uit of ge hebt uw job goed gedaan. Maar dat doet niks aan uw eenzaamheid, hé. Uiteindelijk zijn dat heel oppervlakkige dingen. En eenzaamheid is zeker niet oppervlakkig.
[DOMINIQUE] En hoe was dat voor uw zoontje?
[GITTE] Ja, mijn zoontje was toen gelukkig vijf jaar. Die besefte dat niet. Die al een leventje waarin mamma geregeld in het ziekenhuis lag. Dus dat kende hij al. En voor hem was dat: mamma ligt in het ziekenhuis. En tot een jaar terug verkondigde hij dan overal: mijn mamma heeft vijf jaar in het ziekenhuis gelegen. En dan zei ik altijd: nee, nee, vijf maanden.
[DOMINIQUE] En hoe oud is hij nu?
[GITTE] Dertien.
[DOMINIQUE] Dertien. En begrijpt hij het?
[GITTE] Ja. In het begin heel moeilijk natuurlijk. Want ze hebben veel vragen. En hij snapt echt niet waarom zijn mamma dat zou gedaan hebben. Allee! Maar het positieve eraan is wel, vind ik, dat dat opengetrokken is. Dat er bij ons nu gepraat kan worden ook over onderwerpen die in veel gezinnen nog vermeden worden, denk ik, en toch heel belangrijk zijn dat ge dat in uw intieme kring kunt bespreken. Dus in dat opzicht is het voor ons super dat hij dat nu weet.
[DOMINIQUE] Want het is, sta me toe dat ik het zeg, maar het is ook door erover te praten dat ge het kunt delen. Want gedeelde smart...
[GITTE] En dat ge het zelfs kunt vermijden om zo diep te gaan.
[DOMINIQUE] Want gedeelde smart is halve smart. Gij kwam hier eigenlijk met moemoe babbelen, die eigenlijk in se niks kan terug zeggen. Maar ondertussen waart ge wel een andere Gitte aan het spelen voor de andere mensen in uw leven.
[GITTE] Ja, ge wilt altijd perfect zijn, hé. Perfectie nastreven en niet iedereen zal dat herkennen. Maar ik denk, heel veel mensen zullen dat we herkennen. En dan gaat ge niet toegeven dat ge niet meer kunt van vandaag op morgen. Dat is ons ego dan dat ons parten speelt.
[DOMINIQUE] Is dat wat we met de samenleving net toch iets te hard doen?
[GITTE] Ja, absoluut.
[DOMINIQUE] Een beeld ophangen van mensen die we, ja, die we moeten zijn, maar die we eigenlijk niet willen zijn.
[GITTE] Absoluut. Maar ik kom dat nog dagelijks tegen. Ja, tuurlijk. In zoverre dat als perfectie is dan voor iedereen relatief. Maar als ge bijvoorbeeld gaat solliciteren en ge zijt hun perfectie niet, dan moogt ge het al vergeten. Dus in dat opzicht wel. Wat ik wel gemerkt heb, is dat zeven jaar geleden het veel minder bespreekbaar was dan nu al
[DOMINIQUE] Ja?
[GITTE] Ja, vind ik wel. En ook met beperkingen. Maar intussen zijn beperkingen niet meer louter fysiek en zijn er ook al heel veel mensen die gewerkt hebben naar het naar buiten brengen van psychische of... Dus in dat opzicht vind ik het al wel bespreekbaarder dan vroeger.
[DOMINIQUE] Stel dat er lotgenoten aan het luisteren zijn, en die zijn aan het luisteren, dat weet ik, hebt ge een soortement van dienstmededeling of een soort van troostend woord?
[GITTE] Goh, een troostend woord kunt ge nooit bieden aan iemand dat... Want niks is juist op die moment, maar... Awel, we zullen het op z’n Kempisch houden: gewoon gaan en gaan. En niet nadenken over wat dat komt, want ge komt er wel uit.
[DOMINIQUE] Gaan met die banaan. Zoiets?
[GITTE] Ja, ik denk dat echt wel. Ge moet soms durven springen of over de drempel gaan.
[DOMINIQUE] Ja, voilà. Durven springen. Durven drempels nemen. Dat deed Gitte. Meermaals zelfs. Ik wandel verder in haar voetsporen. Van grijze grafzerken naar een betonnen drempel die in Geel ligt. Ik zie vlaggen wapperen en op die vlaggen staan de woorden Kamer van Koophandel Mechelen-Kempen, oftewel VOKA.
[GITTE] Klopt.
[DOMINIQUE] Vertel eens. De eerste keer toen dat ge deze drempel over moest, wanneer was dat?
[GITTE] 2018. September denk ik. Een sollicitatiegesprek. Het eerste. Met twee leden van de directie. En ik voelde mij een klein kuikentje dat wel wou, maar niet verwacht had dat ik het kon halen. Ja, zo denk ik, dat ik het kan omschrijven.
[DOMINIQUE] Maar dat kuikentje werkt hier ondertussen.
[GITTE] Ja.
[DOMINIQUE] Maar daarvoor hebt ge nog een paar drempels moeten nemen, want de tocht van...
[GITTE] Niks.
[DOMINIQUE] ... En hier komen werken als een kuikentje, daar zit een serieuze weg tussen.
[GITTE] Ja, het begint al bij het gaan aanmelden op het GTB, als ge dan eindelijk toestemming krijgt om... Oké, we gaan halftijds terug beginnen werk zoeken.
[DOMINIQUE] Dus ge wou werk zoeken en dan hebt ge aangeklopt bij GTB.
[GITTE] Ja, omdat als ge op invaliditeit zit, kunt ge niet zomaar op eigen houtje terug gaan solliciteren. En dan ben ik het GTB binnengestapt waar dat wel voor mij de grootste drempel misschien toen lag, omdat, ja, ge dan de VDAB, dat is bij ons wel eens normaal dat ge daar terechtkomt. Niet iedereen, want ik had dat nog niet gedaan. Maar het GTB is dan toch een onbekende brug verder.
[DOMINIQUE] Maar Gitte komt over de brug. Ze wordt door verschillende instanties geholpen in haar zoektocht naar werk. Ze volgt cursussen en schrijft sollicitatiebrieven. Veel sollicitatiebrieven.
[GITTE] Ja, ik denk dat ik tweehonderd brieven of zo heb geschreven en drie antwoorden heb gehad. Maar ja, in die brief staat natuurlijk wel dat ge een beperking hebt, dat ge een VOP-statuut hebt, wat wel interessant is voor een werkgever, maar onbekend is onbemind. En dat schrikt bij veel mensen toch nog wel af, hé. Want iemand met een beperking, wat is dat dan.
[DOMINIQUE] Gitte danst van de ene drempel naar de andere. Om uiteindelijk deze hier in Geel op en over te stappen. Gaan we hem efkes oversteken samen.
[GITTE] Ja, graag.
[DOMINIQUE] Hebt ge er zin in?
[GITTE] Ja.
[DOMINIQUE] Ik ook. Gij zijt hier nu de gids, hé.
[GITTE] We mogen gewoon verder. Als ge doorloopt daar, staan zeteltjes daar. Ja, en hier heb ik toevallig ook mijn eerste gesprek gehad. Toen ze mij uitgenodigd hadden.
[DOMINIQUE] Uw eerste sollicitatiegesprek.
[GITTE] Ja, klopt.
[DOMINIQUE] En wat vondt ge hier terug misschien?
[GITTE] Dat dat helemaal anders is dan toen.
[DOMINIQUE] Serieus? Hoe anders?
[GITTE] Zelfzekerder en trotser.
[DOMINIQUE] Oké. We gaan ons zetten. Alsof dat ze bedoeld zijn om hier te staan de stoeltjes en dat we erop gaan zitten. Het plaatje van Gitte in die stoel klopt. Ze past hier perfect in het kader. Wat doet gij hier precies?
[GITTE] Een beetje van alles. Ik hou de KB’s in het oog. Ik doe de planning van Myriam, haar agenda. De coördinatoren, als die iets nodig hebben, die ondersteun ik. Onze meetings bereid ik voor. Ik maak ook de verslagen daarvan.
[DOMINIQUE] Want wat is uw jobomschrijving officieel?
[GITTE] Directieassistente.
[DOMINIQUE] Maar wel ongelofelijk. Had de Gitte van jaren geleden dit ooit zien aankomen?
[GITTE] Nee en ja. Ik had wel... Ik wist van mezelf wel dat ik ging knokken om terug te staan waar ik stond voordat ik ziek werd. Maar ik had niet verwacht dat ik hier zo snel zou staan en met toch wel een hele goeie ondersteuning van de werkgever.
[DOMINIQUE] Gitte werkt dus nu voor iemand. Terwijl ze ook voor zichzelf kon gaan werken in het bedrijf van haar ouders.
[GITTE] Ik heb gestudeerd om de drukkerij over te nemen. Ik heb grafische gedaan. En dat was echt wel mijn plan vroeger. Maar als ik dan ziek werd, en ook dat heb ik moeten verwerken, werd mij echt duidelijk dat mij die stress allemaal niet ging opleggen. Want als ge dan drie maanden afwezig zijt, ja, begint maar elke keer terug opnieuw. En soms denk ik er wel eens over na: wat als het wel gekunnen had, ook omdat mijn broer is ook zelfstandige, ik zie wat die er allemaal al bereikt. En dan, ja, pieken niet, want ik ben niet jaloers of zo, maar dan doet dat misschien soms wel een klein beetje pijn.
[DOMINIQUE] Hoe is het nu eigenlijk met uw ziekte van Crohn? Daarmee bedoel ik: geeft ge het zelf aan als ge voelt van: oh, het gaat mij niet. Of hoe...
[GITTE] Nee, dat is een werkpuntje van de directie dat ik ook heb meegekregen. Ik heb in september terug in het ziekenhuis gelegen.
[DOMINIQUE] Want wat deed dat met u, het niet werken, toen dat ge te ziek waart om te werken?
[GITTE] Ja, niet veel goeds, hé. Zelfbeeld niet. Maar ook naar mijn zoon niet. Ja, mijn zoon die tenniste dan ook heel veel, en ijshockey en zo. En dan zijn er altijd wel ouders: en wat doet gij? Ik vond dat dan wel heel moeilijk om...
[DOMINIQUE] En ging dat gepaard met schaamte?
[GITTE] Bij mij wel. Bij mijn zoon niet.
[DOMINIQUE] Want iedereen in dit leven werkt.
[GITTE] Bij mij wel. Bij mijn zoon niet. Maar ook... Het is niet alleen omdat iedereen werkt. Het is ook gewoon, ja... Ik voel mezelf terug nuttig, ik draag terug iets bij. Mijn zelfbeeld veranderde door terug te komen werken. Het is veel meer dan alleen geld verdienen of alleen: omdat iedereen het doet, doen we het. Ik vind dat dat aan uzelf gewoon ook heel veel bijbrengt.
[DOMINIQUE] Het is niet alleen werken op plek. Het is werken aan uzelf en met uzelf.
[GITTE] Ja.
[DOMINIQUE] Wat heeft er u eigenlijk doorheen die heftige periode, mag ik toch wel zeggen, wat heeft er u doorgetrokken? Wat heeft er u...
[GITTE] Dat ik wakker geworden ben. Heb ik altijd gedacht. Oké, ik ben hier wakker geworden met een reden. En wat is die reden? Dus ik was eigenlijk nieuwsgierig naar: waarom moest ik hier toch blijven.
[DOMINIQUE] En waarom?
[GITTE] Om mijn bubbelige ik te delen, denk ik dan. Ja, als ik daar nu aan terugdenk, stap ik zelf niet dat ik dat heb kunnen doen, want als ik alles gemist zou hebben, wat ik de voorbij zeven jaar zo al met mijn zoon, op alle vlakken eigenlijk... Ja, dat zou eigenlijk wel triest zijn, hé.
[DOMINIQUE] Hebt ge dat nodig gehad om hier de niet-klassieke versie van Gitte te zijn?
[GITTE] Ja, dat is dan weer... Allee, ja, als ge aan zelfdoding... En ge wilt dat echt en ge staat zo ver dat niks u nog uitmaakt over uzelf. Dan is het ook wel handig op die moment dat ge helemaal van nul terug kunt beginnen. Dat kunt ge niet in een gewoon dagdagelijks leven. En dat kon ik daar wel. En ik kon van nul gaan zien: wie ben ik nu echt?
[DOMINIQUE] Feniksachtig iets.
[GITTE] Ook een beetje onverklaarbaar, hé. Ja, ik vind dat heel moeilijk om zo’n dingen uit te leggen, want natuurlijk wilt ge... Ge wilt niks promoten, ge wilt ook niks aanmoedigen, uiteindelijk wilt ge dat niet in uw leven hebben, wat ik heb meegemaakt, hé.
[DOMINIQUE] Nee, ik denk dat niemand daar voor wil tekenen.
[GITTE] Nee.
[DOMINIQUE] En gij in de eerste plaats niet.
[GITTE] Nee, ik zeg altijd nu nog tegen mijn mamma: Ik heb de hel gezien, denk ik.
[DOMINIQUE] Als ge zoudt kunnen een telefoonske doen naar de Gitte van toen moemoe nog leefde. Wat zoudt ge tegen die Gitte zeggen met alles wat dat ge nu weet?
[GITTE] Goh, veel minder binnen de lijntjes lopen en mijn hart gewoon laten spreken. Ook al was dat toen in ons gezin minder, denk ik, dat iedereen open... Maar dan had ik dat buitenbeentje wel willen zijn. Ik heb gegeven wat ik heb.
[DOMINIQUE] En dat is heel veel. Gitte geeft. Haar inzichten zijn gul. Ik geef haar op mijn beurt nog één laatste vraag en een megafoon om een laatste inzicht van haar tegen de wereld te zeggen, te fluisteren of...
[GITTE] Roepen.
[DOMINIQUE] Roepen? Is het roepen, ja?
[GITTE] Ja, ik zou echt in iedereen zo dicht mogelijk aan hun oor gaan zeggen: stopt eens efkes. Ja, ik zou willen dat iedereen soms eens efkes stilstaat en nadenkt over zichzelf. Maar ook misschien over de omgeving. Want ge kunt wel veel kritiek hebben op iemand, maar wat erachter steekt, soms mogen mensen wel eens wat verder nadenken.
[DOMINIQUE] Dit was ‘Over de drempel’. Bedankt voor het luisteren. In deze aflevering kwam zelfdoding ter sprake. Wie vragen heeft rond zelfdoding, kan terecht op de zelfmoordlijn via het gratis nummer 1813 of op www.zelfmoord1813.be. Vond je deze podcast interessant? Abonneer je dan op iTunes, Spotify of een andere plek waar je je podcast luistert en schrijf een review. Zo help je ook anderen om ‘Over de drempel’ te vinden. Als je wil reageren of als je een vraag hebt of zelf een verhaal wil delen, dan kan dat ook via overdedrempel@gtb.be. ‘Over de drempel’ werd voor GTB gemaakt door Handelsreizigers in Ideeën, House of Media en Uitgesproken. Je vindt alle credits in de shownotes van deze podcast.