Spring naar inhoud

Podcast Over de drempel bonusaflevering: 3 topondernemers over inclusief ondernemen

Dominique: 'We willen wel, maar het lukt ons niet.' Dat horen we vaak, als het gaat over mensen met een arbeidsbeperking aan het werk helpen. 'We vinden ze niet.' 'Ze solliciteren niet.' We focussen vaak op de moeilijkheden. En op de beperkingen. Niet op de mogelijkheden. Zo blijven we vooral willen, maar niet doen. Zo blijven drempels drempels, en worden het geen opstapjes. En zo lijkt échte inclusie toch vaak... een illusie.

Dominique: Ik ben Dominique Van Malder. Theater-, televisie en praatjesmaker. En in de podcastreeks 'Over De Drempel' ging ik wandelen met mensen met een arbeidsbeperking. Ik deed dat voor GTB. Een organisatie die zulke mensen aan het werk helpt. En houdt. De podcastreeks maakte veel los. En dus is dit een bonusaflevering. Een panelgesprek met een aantal werkgevers. Hoe kunnen we van inclusie niet alleen de regel maken, maar der ook beter van worden? Als bedrijf én als samenleving?

Dominique: Daar ga ik over praten met Wouter Torfs, van Schoenen Torfs, euh, met Martine Tempels van Telenet, en CoderDojo, zeg ik dat goed?

Martine: Ja, absoluut.

Dominique: … en met de enige echte Fons Leroy

Dominique: Oké, euh, Wouter, Martine, Fons, welkom. Jullie hebben allemaal naar de podcast Over de drempel geluisterd en jullie hebben er allemaal één gedachte uit gehaald. Daar gaan we het straks over hebben. Maar eerst wil ik jullie even vragen om jullie zelf even een score te geven. Op een schaal van 1 tot 10, hoe inclusief vinden jullie jezelf? Ik begin bij Wouter.

Wouter: Dat is al geen gemakkelijke vraag Dominique.

Dominique: Sorry Wouter.

Wouter: Ik denk dat ik mezelf een euhm, een 7 zou geven.

Dominique: 7, een mooi cijfer. Ja.

Wouter: Ja, omdat euh, de intentie om inclusief te zijn is er zeker, het zit ook in onze missie, hé, 360 graden zorgzaamheid, maar ja, tussen de praktijk en de intentie staan soms bezwaren, dat is euh.

Dominique: Martine, welk cijfer geef jij jezelf?

Martine: Ja ik denk toch een, een buis.

Dominique: Een buis?

Martine: Ja. Om euh, de intentie voor inclusiviteit is daar helemaal. Maar inclusiviteit betekent ook inlevingsvermogen en alles wat je ziet, zie je door uw eigen bril. En euhm, die bril afzetten is niet evident. Zeker hé, het gaat vooruit, en, je hebt veel druk en die bril vanuit een ander perspectief bekijken, verwacht eigenlijk heel veel reflectie en inlevingsvermogen en daar wordt onvoldoende tijd aan gespendeerd. Dus euh, ik denk dat wij inspanningen doen, maar dat wij er helemaal niet zijn.

Dominique: Fons euh, welk cijfer plak jij op jezelf?

Fons: Ik denk een 6, 7 zo rond die orde van grootte en moest je vragen, hoe scoor je op diversiteit, dan zou ik het hoger scoren, maar het is een beetje zoals euh, Martine ook zegt, inclusie gaat nog een stap verder dan diversiteit, hé, dat betekent dat je iedereen aanvaardt zoals hij is hé, en dat betekent vooral ook dat je uit je eigen leefwereld durft treden en eigenlijk vertrekt vanuit de leefwereld van anderen, en daarvoor moet je toch soms bij jezelf ook nog altijd drempels overwinnen en dat is natuurlijk nog een grotere drempel in de organisatie, omdat je niet alleen je eigen drempels moet overwinnen, maar ook de drempels die in de organisatie aanwezig zijn.

Dominique: Ja euh, ik voel hier een buis, ik voel hier ook mooie cijfers, euh, goed, maar efkes, als we inclusief ondernemen definiëren als, hé, ervan uitgaan dat iedereen arbeidsgeschikt is, en ervoor zorgen dat iedereen erbij kan horen, wat is dan het meest inclusieve wat dat jullie ooit al hebben gedaan? Martine?

Martine: Ik denk euhm, allez, diversiteit, man, vrouw, En, ook multiculturaliteit, die stappen zijn gezet hé. Maar we slagen er wel in een feestje te organiseren tijdens de ramadan, en dan is dat zo boenk, efkes met de neus tegen de muur en dan, ja, dan verzetten we dat wel, maar dan, dat, dat gaat niet uit, automatische reflectie. En euh, een mens met een handicap, hé, fysische handicap, euh, wij embracen die, maar als je kijkt naar de cijfers hebben we heel weinig. En, en ook daar euh, lopen we ook weer boenk met onze neus tegen de muur. Er is iemand bij ons euh, die al lang bij ons werkt die, euh, ik weet hoe je dat juist euh, correct moet zeggen, die dwerg is hé, ja, liften, allerlei dingen, in de beamers, ja, ja, dat werkt niet hé. En je probeert, maar ik zeg, uwen bril afzetten is moeilijk. Je moet echt leren en soms erin komen voor bepaalde dingen te snappen en daaraan tegemoet te komen. En die tijd nemen wij niet hé.

Dominique: Wouter, wat is jouw meest inclusieve daad?

Wouter: Ja, ik herinner mij nu spontaan een gesprek met de ouders van euh, van een jongen met een autismespectrumstoornis, maar zware stoornis, en euhm, die jongen was bij ons op de zaak begonnen en, en dat was niet gemakkelijk. Euhm, maar door de inzet van onze medewerkers en, herinner ik mij dat die ouders euh, tot bij mij kwamen en eigenlijk met de tranen in de ogen zegden, hoe dankbaar en content dat ze, dat ze waren dat ze hun zoon daar welkom was. Ja, en dan denk je, wat misschien een kleine moeite voor ons was, dat is dus een wereld van verschil voor, voor die mensen. Dat heeft mij toch wel wat ogen geopend. Ook nu, naar stagiairs in winkels, ja, autisme, dat is, allez, een spectrumstoornis, dat komt vaak voor, dus niet meer a priori zeggen: 'dat gaat niet' nee, misschien een woordje uitleg~~, daar wat context rond maken~~ en, en, dan geraken we toch een stap verder.

Dominique: Fons, euh, hoe zie jij jouw meest inclusieve daad?

Fons: Ik ga het misschien een beetje op een ander niveau situeren omdat ik euh, bij de overheid werk en bewust bij de overheid, gewerkt heb, dus ik geloof heel erg in de maakbaarheid van de samenleving hé, euhm, en ik heb euh, ja, het euh, decreet op de evenredige participatie op de arbeidsmarkt geschreven heeft mij eigenlijk heel veel bijgebracht hé, over hoe dat je dan toch ook via wetgeving ja, bepaalde maatschappelijke behoeften kunt euh, kunt helpen invullen en op de juiste en de correcte manier zodanig dat ieder talent een plaats krijgt op die arbeidsmarkt. En dat is dan ook, dat is ook mijn credo altijd gebleven, iedereen heeft talent, en dat talent is altijd bruikbaar op de arbeidsmarkt.

Dominique: Maar je moet het talent natuurlijk zien.

Fons: Je moet talent zien, en daarvoor heeft euh, Martine gelijk, hé, ik heb euh, al euh, heel veel euh, gezegd dat ik graag gehad had dat al die technologiefirma’s, dat die ook eens een competentiebril zouden ontwikkelen, en niet alleen een VR-bril maar een competentiebril, zodanig dat je niet kijkt naar handicaps of leeftijd of geslacht, of, euh, uiterlijk van mensen maar dat uw bril het talent herkent waar dat je niet aan voorbij gaat.

Martine: Ik denk dat daar wel aan gewerkt wordt, maar Er is nog heel veel weg af te leggen, hé. En dikwijls heeft het toch ook te maken vind ik met durven hé, want wat Wouter zegt rond euh, autisme, ik heb het meeste geleerd eigenlijk van CoderDojo want daar komen veel autistische kinderen.

Dominique: En CoderDojo euh?

Martine: Dat is een club hé, voor kinderen. Da's gratis — open voor iedereen, euh, waar kinderen leren euh, programmeren, robots bouwen, alles wat maken is in de digitale wereld. En euhm, wij krijgen relatief veel autistische kinderen, en die ouders vragen dan, is dat oké, en ik zeg altijd: 'Tuurlijk is dat oké.' Totdat we eens een euh, incident hebben gehad en dat was een kind die heel boos werd, euh, een woede-uitbarsting en die coach wist niet goed die daarmee moest omgaan. En dan was dat zo echt ja: wat gaan wij doen? En dan begin je na te denken en zijn de coachen zelf met voorstellen gekomen hoe wij dat moeten doen en wij zijn daardoor geraakt. Dat vond ik een stap vooruit.

Dominique: Absoluut, ja, ja.

Martine: Dus nu vragen we altijd aan de ouders, blijf in de buurt, we weten dat, als die geprikkeld geraken, dat dat kan gebeuren, word niet terug kwaad maar probeer kalmte te brengen. Awel, dat weet ik nu ook hé. Ik wist dat niet.

Dominique: Oké, ik zie jullie allemaal kijken, ja, ja, Dominique, euh, allez, gij vraagt aan ons euh, om er een cijfer op te plakken. Plak eens zelf een cijfer op uw eigen inclusieve daden.

Wouter: Inderdaad Dominique.

Dominique: Inderdaad ja, awel ik ga, ik ga het proberen. Ik vind dat heel moeilijk trouwens, want ik vind dat er ook echt enórm veel werk is, euhm, ja ik kom zelf uit een kwetsbaar gezin, dus ik vind het belangrijk om kwetsbaren een stem te geven, euh, ik heb het nogal voor mensen op de pechstrook, via mijn theater probeer ik die soms een stem te geven via personages, euh, ik heb ooit een programma gemaakt Radio Gaga met mijne beste vriend, waar dat we ook eigenlijk ja mensen, kwetsbare mensen zowel fysiek kwetsbaar of psychisch kwetsbaar, om die een stem te geven, maar ja, ik, ik zal mezelf met de hakken over de sloot een euh, een 5,5 geven. Omdat ik denk dat er nog heel veel werk is, maar, ik ben ook blij dat we een podcast euh, als, Over de drempel, heb kunnen maken om heel fijne gesprekken te mogen hebben euh, euh, met kwetsbaren. En daar gaan we het efkes over hebben ook hé, over die podcast, hé, dus jullie hebben allemaal één aflevering herbeluisterd, en jullie hebben daar een gedachte uitgehaald hé. Ik heb dat zelf ook gedaan, en ikzelf heb nog eens naar de aflevering van euh, Robrecht geluisterd en als ik aan Robrecht denk, dan denk ik aan Aalst, dan denk ik ook aan een slaapprobleem en dan denk ik ook aan euh, scoutswinkel. En ja, ik was heel erg getoucheerd door de getuigenis van Robrecht om velerlei redenen, maar ik ga gewoon efkes een passage euh, laten horen uit euh, de podcast met Robrecht.

Robrecht: ’t had veel simpeler geweest ik een been kwijt geweest. Dat ziet ge hé: ah die mens is een been kwijt. (Ja.) Maar iemand die niet slaapt, dat zi- ge ziet dat niet aan zijn gezicht hé.

Robrecht: Van, van niet slapen daar gaat ge eigenlijk niet aan dood, maar ge wil wel dood. Eigenlijk was dat de hel.

Dominique: Ja dat is iets dat mij heel erg getoucheerd had hé, want euh, euh, Robrecht, een heel intelligente kerel, heeft een slaapprobleem, blijkt alsnog iets fysieks te zijn, maar daardoor ja, geraakt hij niet meer, kan hij niet deelnemen aan de samenleving als, als werknemer. En je ziet dat natuurlijk niet, want hij heeft inderdaad geen gebroken been, En ja, veel mensen die dragen iets onzichtbaars mee, hé, euh, wat dat werken zou kunnen belemmeren en ze gaan dan op zoek naar werk, maar ik vraag mij dan af, ja, moeten ze dat melden? Hé, van, op een sollicitatiegesprek, hoe, hoe denk jij daarover Wouter?

Wouter: Ja, het is natuurlijk niet iets, iets wat dat binair is hé, in de zin van, euh, een gezonde mens heeft geen enkel probleem en, en dan iemand met een beperking, dat is niet anders dan één groot probleem. Ik denk dat het een, een continuüm is hé, dat we allemaal wel, wel beperkingen hebben in ons job, maar dat dat bij sommige mensen op bepaalde domeinen is, en meer dan, dan bij andere mensen en, ik denk dat we, dat we, dat we onszelf maar ook ons recruiters nog meer moeten bewust maken van, van de kwaliteit van empathie en echt, echt niet te vertrekken van uwen eigen bril en uw eigen opvattingen, maar, maar te gaan zoeken en te gaan, echt beluisteren wat, wat dat iemand euh, kan en wat, wat iemands talent is.

Dominique: Hoe denk jij daarover Martine?

Martine: Ja, ik denk absoluut want we weten allemaal dat tegen 2030 er een gigantisch tekort in de arbeidsmarkt is, en dat is gewoon een pertinent probleem voor onze economie, en we zullen creatiever moeten zijn en die diversiteit — is ook bewezen — geeft heel veel toegevoegde waarde. Maar ik, persoonlijk ben ik er wel voor om dat bespreekbaar te maken. Maar ik zou dat nu niet in uw sollicitatiebrief zetten. Maar bijvoorbeeld als bepaalde vaste ritmes belangrijk zijn voor uw mentaal evenwicht, dan denk ik wel dat het belangrijk is dat je dat aan uw omgeving kenbaar maakt. En dat die omgeving dat ook, ook mee aan de slag gaat. Of, bijvoorbeeld dat bepaalde zaken gewoon te veel prikkels geven, of, en dat is niet alleen mensen met slaapproblemen, ook mensen bijvoorbeeld na een burn-out, mensen met psychische problemen, kunnen dat ook hebben. Ik denk wel dat het belangrijk is dat ze dat niet verstoppen. Maar dat je als werkgever een kader moet scheppen waar dat bespreekbaar in wordt, en ook hoe dat je daarmee omgaat en dat is eigenlijk wat zo moeilijk is.

Dominique: Denk jij daar ook zo over Fons?

Fons: Ja, Ik denk dat wij in gesprekken het veel te weinig hebben over wat mensen kunnen, wat hun ambities zijn, wat hun mogelijkheden zijn en we, staren ons blind op de, op handicaps, op beperkingen, op leeftijd, euh, op scholingsniveau, en veel te weinig over wat de mensen wel kunnen en welke bijdrage ze kunnen leveren. toen dat ik euh, ja, een tijdje terug in, in euh, de States was en daar een aantal bedrijven bezocht, in Silicon Valley, viel het mij op dat daar altijd het gesprek van de aanwerving ging, wat kan jij ons bieden in dit bedrijf? En dat ging nooit over euh, ja, heb jij dit diploma behaald of wat is uw leeftijd of zo, dat ging altijd over, wat kan je bieden, wat zijn uw talenten? En ik denk die focus moeten we hebben, die bril moeten we opzetten en dan euh, ja, dan zal die war on talent waar dat we voor staan, een stukje verminderd worden.

Dominique: Niet wat kan je niet, maar wat kan je vooral wel?

Fons: Ja.

Martine: Ja. Absoluut.

Dominique: Martine, je zegt van ja, ik zou dat niet meteen vermelden, maar vanaf wanneer mag een sollicitant het dan vermelden, hé, want dat is, allez, op papier denken we allemaal, nee, nee, maar dat is geen probleem, we pakken dat er wel bij, maar als puntje bij paaltje komt, moet er effectief 8 uur gewerkt worden per dag hé

Wouter: Ja, dat is wat ik wil zeggen met dat continuüm, ik denk niet dat je daar een exact cijfer op kunt, kunt kleven. Maar alleszins, euhm, een sollicitant die de moed en de kwetsbaarheid aan de dag legt om daar zelf mee te komen, in zijn sollicitatiegesprek, zou bij mij toch een ferme streep voor hebben dan iemand die niks zegt en dat je dan na een paar weken vaststelt van, 'ai, nu moeten we er toch eens over praten.' Maar ja, waarom, waarom verzwijgen die mensen dat? Natuurlijk ook omdat ze denken, ja, als ik het zeg, dan, dan krijg ik die job niet, dus daar is dan ook wat menselijkheid tegenover hé.

Dominique: Want hoe hoog zijn de drempels nog eigenlijk in de bedrijfswereld, als het gaat over beperkingen, Martine?

Martine: Ik ben overtuigd: enorm hoog hé. Als, allez, euh, je het verhaal van Gitte las, of hoorde liever gezegd, 200 sollicitaties en ze had drie antwoorden gekregen. Daar kreeg ik kippenvel van hé, dan dacht ik, joh, ik hoop dat ik niet, dat wij bij die 197 zitten. Ik denk dat die drempels heel hoog zijn. die tekorten gaan ons verplichten het nu al aan te pakken hé. Ja, want dat is euh, stappen leert je misschien in een paar maanden tijd als klein kind, maar bedrijven zijn niet zo heel veranderbaar op dat soort van zaken vind ik.

Dominique: Nee, want men zoekt vaak hé, bij wijze van euh, van spreken, euh, ik trek het nu efkes op flessen, maar we zoeken jonge mensen met 20 jaar ervaring. Dat klopt niet hé.

Wouter: Er is toch ook nog een ander aspect, Dominique, wat dat ik wil aanhalen, ik heb heel onlangs kennis gemaakt met Johan Cremery, en de Johan, dat is een, een, een mens die in een rolstoel zit, euhm, euh, en die doet, die doet een kruisvaart om, om dus mensen met een beperking meer aan de slag te krijgen. En die is daar zelf een schitterend voorbeeld van. Dat is dus een consultant op het vlak van euh, bedrijven en begeleiden in het, in het werk zelf, aan mensen met een beperking. Maar zegt hij, er is ook een andere kant van het verhaal, dat is het, het statuut van eens je gehandicapt bent, en daar staat die uitkering tegenover, dat dan de mogelijkheid om terug aan de slag te gaan, ja maar, dan verlies je misschien uw uitkering, dat er dus een kant aan is, dat de wetgeving bijna soms een gevangenis is, of een statuut dat, dat beperkt of u immobiliseert om, om die stappen te zetten. Ik denk dat we dat ook niet mogen...

Dominique: Ja. Maar hoe kunnen we die drempels verlagen in de bedrijfswereld?

Martine: ik ben een grote voorstander van inlevingsweken. ik heb heel veel geleerd van CoderDojo, had ik dat niet gedaan, hadden ook heel veel oogschelpen niet van mijn ogen gegaan, en mijn kinderen zeiden altijd: 'Maar, ma, jij bent niet van deze wereld, jij, jij, waar jij leeft dat is niet van deze wereld.' En eigenlijk hebben ze wel gelijk hé. Het bedrijfsleven is een ratrace en je zit daar in en je bent vertrokken en je ziet soms niet meer wat de maatschappij, wat er nog leeft in de maatschappij hé.

Dominique: Inlevingsweek, Fons, goed idee?

Fons: Euh, zeker. Ik ben euh, zowel voor de richting die Martine aangeeft dat je zelf euh, ja, uit uw comfortzone treedt en die werelden gaat opzoeken, ik ben zelf zo bijvoorbeeld naar moskeeën gegaan om de VDAB voor te stellen — maar ook om te maken dat we uiteindelijk dan meer personen van allochtone origine als, als euh, consulent bij VDAB binnenkrijgen. Dat is uit uw comfortzone stappen, en dat was geen gemakkelijke stap om die te nemen hé. En een tweede zaak is om die buitenwereld ook naar binnen te trekken. Ik heb euh, ja, in het bestuur van de VDAB de armenverenigingen, de gebruikersverenigingen van personen met een beperking en de allochtone gemeenschappen ook een stem gegeven. Zodanig dat ze kritisch konden zijn vanuit hun ervaringen naar de acties die de VDAB opzetten, de taal die we gebruikten, de tools die we introduceerden. Zijn die voldoende ja, toegankelijk voor hen? Of moesten we daarbij bijschaven hé? Dus, hen een stem geven in uw organisatie maar ook maken dat ze die stem kunnen uitbrengen door die hand uit te steken en naar hun euh, ja, gemeenschappen toe te gaan om euh, om daar proberen die bruggen te bouwen.

Dominique: Wouter, zijn er nog alternatieven bijvoorbeeld voor een inlevingsweek, waardoor we de drempels zouden kunnen verlagen in de bedrijfswereld?

Wouter: Ja, wat ik bij ons zie, werken en stages. Dus euh, ja, wij doen daar heel, heel systematisch beroep op, dus, dus stagiairs zoeken, in scholen en dan, en dan, en dat is eigenlijk een heel vrijblijvende manier om iemand te leren kennen, ja, wat is eraan verloren om dan iemand met een beperking eens eens die stage te laten doen en, en misschien valt het wel mee, misschien kan hij of zij wel blijven. En dat is dan eigenlijk heel laagdrempelig.

Dominique: Oké, ja. Fijn, lijkt mij goed. En ook concreet, want dat is het vaak hé, we, we babbelen er vaak over, maar, we moeten het gewoon doen hé, denk ik. Euh, zijn jullie selectieprocedures bijvoorbeeld aangepast euh, voor mensen met een beperking?

Martine: Ja, ik, ik, hoop van harte, echt, ik denk dat ook wel hé. Euh, je moet alleen kijken, wandel dan rond, wat is het resultaat ervan? Hé, want als ik zeg, minder als 5, echt ik denk dat wij écht inspanningen doen naar inclusie en dat wij heel bewust zijn van de krapte in de arbeidsmarkt, en zeker, we zitten in een, ook nog in die technologie, dat dubbel op knelpunt is, maar de resultaten zijn er niet altijd en het is dat toch wat telt hé.

Dominique: Oké, hoe, hoe kunnen euh, hoe kunnen jullie bijvoorbeeld als werkgever, hé, ervoor zorgen euh, dat iemand die heel competent is, zoals Robrecht hé, dat die toch alsnog ja, binnengeraakt in, in uw bedrijf, in uw organisatie en dat hij zich niet alleen welkom voelt maar dat hij ook kan blijven?

Wouter: Ja, ik, één van de, van de leitmotieven in onze wervings- en selectiepolitiek is: hire for attitude, train for skills. Dus we gaan eerst kijken naar iemands mentaliteit en iemands drive en iemands bereidheid om, en dan zeggen we van ja, een bepaalde vaardigheid kunnen we wel aanleren. Dat misschien nog meer consequenter toepassen.

Dominique: Heb jij nog een gouden tip, Fons?

Fons: Ja, ik denk ook op euh, dat je de, als CEO, als leidinggevende een belangrijke taak hebt om die openheid en die diversiteit euh, naar buiten te stralen, daar het voortouw in te nemen hé, daar ook euh, voor op te komen als het noodzakelijk is om zo duidelijk te maken aan uw personeel van oké, da's een waarde van ons bedrijf, onze consumenten zijn divers, waarom zou ons personeel dan ook niet divers zijn hé, dat is een, een simpele logica, maar daar moet je als leidinggevende ook je nek voor durven uitsteken.

Dominique: Wouter, euh, naar welke aflevering van Over de drempel heb jij geluisterd?

Wouter: Ik heb op euhm, op terugreis van Piemonte in onze camper, euh, naar het verhaal van Matthias geluisterd.

Dominique: Oké, dat moet een intense rit geweest zijn.

Wouter: En dat was eerst een beetje met tegenzin, want ik moest dat doen als voorbereiding op deze podcast en ik dacht ik zal dat doen…

Dominique: Sorry Wouter.

… terwijl we aan het rijden zijn, maar Dominique~~,~~ naarmate dat verhaal vorderde, zijn wij beiden gewoon euh, stilgevallen en waren wij eigenlijk heel diep ontroerd door dat verhaal.

Dominique: Euhm, ja, kan je zo in drie woorden zeggen waarover dat dat voor jou ging, die podcast?

Wouter: Ja. Matthias is een, een euh, kok die een euh, zich dood heeft gewerkt zoals, zoals het in de horeca kan gaan, dan psychoses is beginnen krijgen, euh, aan de rand van de maatschappij is beland, euh, echt, echt de hel, de hel van Dante gezien. Euhm, maar dan god zij dank in een hele goeie instelling is terechtgekomen, en daar nu euh, dus, euh, lotgenoten begeleidt.

Dominique: Ja, euh, Matthias was de, de eerste podcast. En ja, wat ik van Matthias vooral herinner is hoe hij haarscherp euh, kon uitleggen euh, wat een psychose gevoeligheid met hem deed. Dat was zo helder uitgelegd, hij vond daar de juiste woorden voor, euh, ja, ik vond heel straf euh, euh, ja, hoe hij, hoe hij toch ja, dat een plaats kon geven en, hoe hij daarmee kon leven en hoe hij uiteindelijk wel euh, ja, terug op de rails is geraakt. Ik vond dat niet alleen ontroerend maar ik vond het euh, ja, een heel schoon gesprek.

Mattias: Euhm, ik ben opgenomen geweest in een psychiatrisch ziekenhuis, 7 jaar geleden, en tijdens die opname euh, heb ik best wel wat dingen bijgeleerd en ik heb toen ook deelgenomen aan een paar dingen van Te Gek!?. En één van die dingen was een, was een project om het stigma tegen mensen met psychische kwetsbaarheid, dat wat te gaan doorbreken met een kunstwerk, en ik heb toen, toen een praline gemaakt. Dus, van alle kunstwerken die gemaakt werden, die werden dan effectief geveild voor een prijs. En mijn praline, het recept daarvan is opgekocht hier door het ziekenhuis.

Dominique: Ja, één van de woorden waar dat ik aan moest denken bij Matthias was inderdaad ook praline. Euh, waarom dit fragment?

Wouter: Ja, omdat ik dat zo, zo schoon vond, euhm, ik heb dat ervaren als, als één van de eerste meiklokskes die hun kop boven steken na de winter in de zin van, één van de eerste tekenen van herstel en wat dat je in, in dat verhaal van die praline hoort, is, is één van de eerste keren dat die jongen terug fier kon zijn op iets. Hé, hij deed het in het kader van zijn, therapie mee aan, aan een project waarbij iedereen een kunstwerk moest maken en dus, dus die, in al die bescheidenheid toch dat gevoel van trots en, en zo, ja, dat heb ik toch maar gedaan. Ik vond dat fantastisch.

Dominique: En ik kan u vertellen, het zijn lekkere pralines, want hij heeft na de opnames heeft hij één praline opgestuurd en echt, het is kunstwerkje om op te eten. Maar je had ook nog een ander fragment. We gaan er even naar luisteren.

Mattias: Ik ervaar dat mensen heel sterk over hun grenzen gaan om datgene te bereiken wat dat nodig is. En da’s niet altijd zo gezond. En pas door te durven verwoorden wat er echt in u omgaat, ga ge verbinding krijgen, maar zonder die verbinding, dan ga je effectief over uw grens en dan ja.

Dominique: Ja Wouter? Waarom heeft deze passage jou zo getoucheerd?

Wouter: Ja, omdat ik vind dat dat een, een euh, dat dat, dat Matthias hier een ongelooflijke blijk van inzicht geeft. Hij legt, hij legt in één zin eigenlijk haarscherp de vinger op, op, waar het schoentje knelt hé. Hij zegt, het, het gaat over, over uw grenzen gaan en dat gebeurt dan, en je, je valt dan in die put, maar pas op het moment dat je kunt verwoorden wat er in uzelf gebeurt, dus dat je een beetje met afstand kunt kijken naar uw eigen proces, dat je uw kwetsbaarheid kunt tonen, dat je kunt zeggen, ik zit vast, op dat moment ontstaat er verbinding en op dat moment, met de therapeut of met uw omgeving en op dat moment is de eerste stap naar genezing gezet. Ik vond dat gewoon geniaal hoe dat je zo kunt verwoorden waar dat proces over, over gegaan is.

Dominique: Ja, euh, ja. Dat is het verhaal van iemand die over zijn eigen grenzen ging, een verhaal dat jammer genoeg heel herkenbaar is in onze samenleving de dag van vandaag. Euhm, ja, hoe vermijd je dat, dat iemand, een medewerker van jou over die grenzen gaat?

Wouter: Dat is een heel goede vraag en hier natuurlijk, ja, hier is het beeld van, van een jonge hulpkok in, in de horeca, hé, shiften, dag en nacht, euh, uren, enfin we kennen dat verhaal. En dan denk je rap van, maar dat zal bij ons wel nooit het geval zijn. Awel, dat is bij ons ook het geval. Da's niet zo extreem. Maar als ik dan winkelverantwoordelijken hoor vertellen op een check-in van, het is zwaar voor mij, ik ben de zondag mijne winkel gaan goed zetten en de maandag, euh, ja, ons, ons kindje was ziek, ik ben thuisgebleven en er was nog dit probleem en er was nog dat probleem, en morgen moet ik dat voorbereiden. Ja, dan zijn die grenzen ook bereikt en worden die ook overschreden. En daar ben ik blij dat dat minstens geuit wordt. Dus ik wil dat niet, grenzen, allez ja, alleen isoleren tot, tot, tot zo een extreem geval van Matthias, ik denk dat we in, in elke werkcontext, dat er mensen, mensen hun grenzen euh, te buiten gaan, dat dat vandaag meer gebeurt dan 10 jaar geleden.

Dominique: Je hebt eens gezegd, Wouter, van, dat ja, een bedrijf zich eigenlijk als verantwoordelijke burger zou moeten opstellen. Euh, heb jij nog, allez, heb jij veel mensen met een beperking bij jou werken?

Wouter: Niet zoveel nee. Nee, en ik ga daar heel eerlijk over zijn, omdat uiteindelijk, euhm, in werving en selectie, euhm... Ja, het is ook een beetje een beauty contest om een lelijk woord te zetten hé. Die, die, degene die aanwerft, ja, die probeert de best mogelijke kandidaat die er dus zo perfect mogelijk uitziet, probeert die aan te werven en, en, dus, dus, een appel met, met een blutske in, ja, die, die wordt dan niet, niet gekozen dus daar is, daar is echt werk aan de winkel. maar dat zal ons gewoon verplicht worden door die krapte op de de arbeidsmarkt, we gaan ons dat niet meer kunnen permitteren.

Dominique: Maar zo iemand als Matthias, hé, over zijn grenzen gegaan, burn-out, allez, dat is hét woord van de voorbije 10 jaar. dus hoe, hoe, ja, hoe kunnen we dat bespreekbaar maken binnen de bedrijfswereld?

Martine: Je moet heel goed uw teams eerst en vooral leren inzichten verwerven in wat de symptomen zijn van burn-out hé. Bijvoorbeeld euh, één van de eerste zaken die je gaat opmerken, is dat alles even erg is, daar is geen, ja verschil niet meer. En dat is een heel duidelijke indicatie, dikwijls gecombineerd met perfectie, dat moet je erkennen en dan moet je mensen aanspreken. ik zeg dat veel hé, ik zeg, uw eerste verantwoordelijkheid is voor uzelf te zorgen. Dat is gelijk in de vlieger, als de zuurstof komt, je moet eerst zuurstof nemen, je kunt niet voor de rest zorgen. Je kunt niet voor uw collega’s zorgen, je kunt niet voor uw familie zorgen, je kunt niet meer voor uw kinderen zorgen als er iets met u gebeurt. Dat is uw verantwoordelijkheid. Gij moét rust nemen. Dat is úw verantwoordelijkheid, zeg ik. En dat hakt daarop in, want natuurlijk is dat eyeopener, maar je moet daar oog voor hebben en bespreekbaar maken.

Dominique: Maar hoe kunnen we daar preventief in optreden, concreet?

Wouter: Wij hebben op een bepaald moment om, omdat we echt verschillende gevallen van burn-out hadden, en, en hoe kan je dat in godsnaam rijmen met, met beste werkgever, dan denk je van, dat zal ons toch niet overkomen, jawel, dat overkomt ons wel. Want het zijn juist de meest geëngageerde mensen met de grootste drive en perfectie die erin, die erin tuimelen. Wij zijn op een bepaald moment open workshops beginnen organiseren waarin dat specialisten, therapeuten, euh, the human matter, op een heel begrijpelijke manier kwamen uitleggen wat burn-out was en wat de symptomen waren die je bij jezelf en bij je collega’s moest, moest in het oog houden euh, en waakzaam voor zijn. En dat heeft toch, die, die workshops werden echt wel gevolgd door mensen die vreesden van ja, ik, ik, ik flirt ermee of ik kom in de buurt van.

Wouter: Allez, we hebben bij Torfs de ambitie van een, een great place to work te zijn. Dat wilt dus zeggen, dat je het meent met mensen. Dat je mensen echt centraal stelt. Euh, niet zomaar als the means to an end, want, want dan, dan zal de winst heel hoog zijn, maar echt omdat we daar gewoon in geloven. En dat impliceert ons kernwaarde is is zorg en zorgzaamheid. Wij zijn een heel vrouwelijk bedrijf, dus dat is echt wel op ons lijf, lijf geschreven. Euhm, en ook het besef, je hebt als als leider wel een rol te vervullen in het voorbeeld te geven, en die cultuur uit te ademen. En te bewaken dat die missie gerespecteerd wordt. Maar voor de rest dus ook, ook euh, uw mensen empoweren en, en de kracht en de bevoegdheid geven dat er, ja, dat er aan, aan het koffieapparaat ook over de kinderen mag gepraat worden of over de, de, het Covid-vaccin. En dat ze niet gaan zwijgen als de baas voorbij komt omdat het eens efkes over de kinderen, dat, dat, dat, werken is ook samen leven en, en dat is niet alleen achter die computer zitten, maar dat is gewoon samen leven en daar, daar samen door komen en zie je, en, en dat is cultuur. En dat, dat creëer je niet door een, een tekst te schrijven, dat, dat is werk van lange adem en, en, maar als mensen daarvan doordrongen geraken en dat wordt gedragen door vele mensen, dan is het verdomme iets heel sterk, heel sterk.

Dominique: Maar ondertussen moet jij wel zien dat er schoenen verkocht worden.

Wouter: Ja, awel, maar die zullen wel verkocht worden Dominique, hé.

Martine: Ja, dat gaat vanzelf, écht, als dat goed zit, zit dat in flow.

Dominique: En binnen dat verhaal, hoe, hoe kunnen mensen met beperkingen daarin betrokken worden? Want dat lijkt mij niet altijd evident, om het cru te stellen, iemand die blind is, kan geen schoenen verkopen in jouw winkel.

Wouter: Nee, dat is waar.

Dominique: Hoe, hoe kunnen we die beperkingen nog meer maken tot een onbeperktheid aan mogelijkheden binnen de bedrijven, zonder dat het verlieslatend is, want dat is het moeilijke eraan.

Fons: Nu zijn we weer aan het kijken naar beperkingen, niet naar mogelijkheden.

Wouter: Naar wat er niet gaat hé.

Fons: Want ja, er zijn heel veel, die mensen hebben andere talenten hé, ik euh, ja, ik ben euh, ik heb zelf ooit deelgenomen aan euh, een event, euh, dineren in het donker hé, waar dat je inderdaad euh, ja, twee uur, drie uur opgesloten zit, een menu krijgt, maar in het pikkedonker. Euh, je moet leren met mekaar communiceren, je weet niet wat je op uw bord krijgt, waar dat de drank staat, en toch ben ik die avond heel goed euh, euh, doorgekomen, dankzij mijn tafelbegeleidster, en toen dat het licht aanging, zag ik dat die tafelbegeleidster, dat die blind was, maar ik euh, ik heb mij achteraf afgevraagd, ja, wie was er blind? Hé, ik was blind die avond, zij was niet blind. Dus het gaat over kijken naar mogelijkheden en niet naar beperkingen. En dan ontdek je heel veel mogelijkheden.

Dominique: Martine, welke aflevering van Over de drempel heb jij herbeluisterd?

Martine: Die van Gitte.

Dominique: Ach, Gitte. En euh, kan je zo in een paar woorden zeggen welke drempel heeft Gitte moeten euh, overwinnen?

Martine: Ja, Gitte is een dame euh, die de ziekte van Crohn heeft, euh, in een moeilijke scheiding is terechtgekomen, euh, door een samenloop van omstandigheden in een heel zware depressie, heel zware depressie, op het einde heeft ze ook iets gezegd, zelfmoordpoging achter de rug. Heel schrijnend verhaal, maar daar euh, sterker is uitgekomen. En dan aan het solliciteren ging, 200 brieven heeft geschreven, en 3 antwoorden.

Dominique: Ongelooflijk hé.

Martine: Ja en euh, heel mooi, nu, terug aan de slag is, met veel potentieel, daar — allez — ben ik 100% van overtuigd, maar zo zijn er heel veel verhalen volgens mij.

Dominique: Ja, we gaan effen luisteren naar een fragment.

Gitte: (Dominique) Stelt dat er lotgenoten aan 't luisteren zijn... (Gitte) Hmh (Dominique) En die zijn aan 't luisteren, dat weet ik, hebde een soortement van dienstmededeling of een soort van troostend woord? (Gitte) Goh een troostend woord kunde nooit bieden aan iemand da- want niks is is juist op dieje moment, maar awel we zullen het op z'n Kempisch houden: gewoon gaan en gaan en nie nadenken over wa komt want ge komt er wel uit.

Dominique: Gewoon gaan Martine. Waarom dit fragment?

Martine: Als er donkere momenten zijn, de zon komt altijd op. En ze heeft daar écht gelijk in hé, je moet durven doorgaan. Zelfs hoe uitzichtloos, want dat heeft ze ook aangetoond, het ook is, ze is er nu wel uit en ik denk dat dat het mooiste verhaal is, dat ze aan haar lotgenoten kan vertellen. Daar komt een einde, en het gaat beter worden. In 99% van de gevallen is dat zo.

Dominique: Je had ook nog een ander fragment geselecteerd. We gaan er ook even naar luisteren.

Gitte: Ja. Ja, ik zou echt in iedereen zo dicht mogelijk aan hun oor gaan gaan zeggen: Stopt 'ns efkes. Ja, ik zou- ik zou willen dat iedereen soms 'ns efkes, stil staat en nadenkt over zichzelf, maar ook misschien over de omgeving, want ge kunt wel veel kritiek hebben op iemand. Maar wat er achter steekt, soms mogen mensen wel is wa verder nadenken.

Dominique: Ja, ik had haar toen gevraagd van, heb je een boodschap naar de wereld. en euh, ja, waarom toucheerde jou dit fragment zo hard?

Martine: Ja, Ik denk stoppen en efkes nadenken, naar iemand anders toe, maar ook naar uzelf toe, dat dat eigenlijk connectie geeft. Ik denk door echt te stoppen en te connecteren kunnen we dingen, ja, beter vatten en vooruit helpen. Ik vond dat heel mooi gezegd en dan zeker dat kempisch, gaan en blijven gaan, hé, dat eigenlijk, ge moogt de hoop niet opgeven, dat waren zo de twee boodschappen die wel krachtige boodschappen waren.

Dominique: Maar euh, euh, voor bedrijven is dat niet evident hé. Stop maar efkes hé. Euh, euh, wat maakt dat ook zo moeilijk om ja, een kwetsbaar iemand te herintegreren in een bedrijf?

Dominique: Want we willen die dingen bespreekbaar maken, want hé, als iemand zich goed in zijn vel voelt, gaat die ook beter werken. Maar hoe, hé, als, als leiders, hoe injecteer je die cultuur in uw bedrijf?

Wouter: Tja, door, door, ik denk in eerste instantie zelf het goede voorbeeld te geven hé, euh. Zelf ook eens met uw kwetsbaarheid te komen en te durven zeggen, het is nu voor mij ook efkes moeilijker of, ik heb een moeilijke periode, dan, dan. Eigenlijk door dat te doen, geef je het mandaat of de toelating aan anderen om dat ook te doen. Ik heb het zelf euh, enkele keren meegemaakt dat dichte medewerkers, ook in het management, ja, dat het teveel wordt, dat je ziet van, oei, ja, het gaat gebeuren. En, en dat die dus, ja, een maand of twee er niet zijn. En wat ik eruit geleerd heb is euhm, blijf in gesprek, euh, het is niet omdat iemand dan niet meer op de werkplek is dat die persoon van de wereld is. Blijf in gesprek, euh, zoek samen de weg, met een bereidheid van euh, het moet niet kloppen volgens het organogram of, volgens een bepaalde structuur of een prentje wat dat je in uw hoofd hebt, maar, laat ons samen iets zoeken, co-creatief van wat dat zou kunnen werken voor u en voor mij en geef, geef, geef mekander de tijd hé, wat is nu twee of drie maand op een mensenleven of op een bedrijf dat ver vooruit kijkt, dat over generaties kijkt? en je gelooft in iemand, dan, dan moet je die tijd toch gewoon geven?

Dominique: Ja, is dat voor bedrijven vaak, ja, een, een moeilijkheid om euh, om die tijd te kunnen geven?

Wouter: Ik kan mij dat voorstellen Dominique.

Dominique: Er wordt verteld: time is money.

Wouter: Ik heb misschien gemakkelijk spreken, een familiebedrijf, hé, we kijken over de generaties en, en, en, de hoogste ebitda is niet het allerbelangrijkste — duurzaamheid is, is even belangrijk, ook voor mijn familie. Euhm, en dat geeft mij wel dat mandaat om dat te doen.

Dominique: Wat kunnen bedrijven winnen bij het feit dat ze kwetsbare mensen in huis nemen?

Fons: Loyauteit en inzetbaarheid op zeer lange termijn, er zijn, ja de meest loyale medewerkers in mijn ervaring, waren de medewerkers die gezien hebben dat je, inderdaad, hen een plaats geeft in de onderneming, wat dat ze niet verwacht hadden. Maar een goede plaats met bevorderingsmogelijkheden, met loopbaanmogelijkheden, dat zijn de meest loyale medewerkers. Er zijn bij ons in de VDAB, waren er geen betere programmeurs, dan de mensen met ASS. Die waren het meest loyaal, het meest getrouw, het meeste inzetbaar... veel beter dan de andere programmeurs.

Dominique: En hoe komt het dan toch dat we toch nog zo vaak verhalen horen van mensen waarbij dat het niet kan?

Martine: Die brillen moeten af hé. Echt, ik, ik vraag mij af, wie ligt er nu wakker van 2030? Ik hoor dat niet veel hé, ik lig daar echt van wakker. Hoe gaan wij onze economie in de toekomst goed draaiend houden, weten dat daar zo een tekorten gaan zijn? Hoe gaan wij ons snel genoeg kunnen transformeren om daaraan te voldoen? Hoe kunnen wij die mensen accommoderen? En hoe kunnen we die mensen allemaal hoop geven dat er écht voor hun werk is? En dat er ruimte is en wij ons moeten aanpassen voor die mensen? Dat is, dat is eigenlijk waar we van wakker moeten liggen.

Dominique: Hoe zie jij de inclusieve toekomst Wouter?

Wouter: Goh, ik heb er eigenlijk alle vertrouwen in dat euhm, ja, dat de situatie en de context ons verplicht om die mensen meer te betrekken. Hé, ik leg even de, de parallel met onze visie op, op, op euh, medewerkers met een migratieachtergrond. Ja, ik verkondigde in, in 2012 denk ik nog het, het standpunt van, wij kiezen voor neutraliteit, dus meisjes met een hoofddoek, of met een, een kruisje, dat, dat, dat kan niet. Euh, wij hebben dat standpunt veranderd, euh, omdat we gewoon vaststellen dat dat een belangrijk deel van ons klanten met die migratieachtergrond, die zijn er gewoon, dus waarom zouden we dan geen medewerkers hebben, dat is ook voortschrijdend inzicht en, en de feiten en de context die u gewoon verplicht om, om u aan te passen en ik heb daar wel, wel vertrouwen in.

Dominique: Fons, jij hebt ook euh, een podcast herbeluisterd hé. Euh, welke podcast?

Fons: De podcast met Frank.

Dominique: Frank. Ja, er verschijnt een glimlach op uw gezicht als ik Frank hoor.

Fons: Ja, ik moet zeggen, ik heb euh, in de context van mijn job euh, duizenden studies moeten lezen en onderzoeken over belang van werken en Frank euh, heeft dat eigenlijk met één statement eigenlijk duidelijk gemaakt, dus, het is eigenlijk een euh, fantastisch wijze gast, euh, een, iemand die zijn droomjob was trucker worden, maar, op een bepaald moment euh, valt zijn eigen motor uit hé, gaat dan door een euh, periode van coma, verlies van zijn werk, euh, ja, kampt met zelfdodingsgedachten, ja, geraakt ook in een echtscheiding verwikkeld enzovoorts, euh,

(Frank) Ja, mijn ex-vrouw die zei dat altijd. (Dominique) Uw ex-vrouw? (Frank) Ja. Die zei altijd: euh ik heb ’s morgens nen hele man zien vertrekken en ik heb nen halve terug gekregen. (Dominique) Amai jong… (Frank) En dat is… waarheid.

maar uiteindelijk euhm, ja, vindt hijzijn geloof terug, zijn vertrouwen terug, euh, en euh, ja, kan hij aan het werk in zijn hobbysfeer eigenlijk, euh, want hij is een enorme dierenliefhebber, hij heeft varkens en eenden en, uilen euh, enzovoorts, dan kan hij in een euh, in een hondensalon kan hij zijn euh, zicht terug integreren in de werkcontext en hij doet dat met plezier en, ja, hij is eigenlijk euh, iemand die, eigenlijk toch wel terugblikt met heel veel wijsheid over wat hij heeft euh, doorgemaakt, maar hoe dat hij zich euh, ja, eigenlijk ook uit die slop heeft getrokken en euh, eigenlijk met een nu, een heel positieve attitude in het werk staat, zowel naar zichzelf als naar zijn omgeving toe.

(Dominique) Heeft de gedachte dat ge terug kon gaan werken, u geholpen om, om naar de toekomst te durven zien? (Frank) Ja. Ja. (Dominique) En was dat van u ... (Frank) Terug een vooruitzicht van: oké, ja, als ik nu mijn best doe en ik volg dieje raad op en ik volg dieje kiné, en al wat dat ge wilt, dan kan ik misschien iet of wat terug op eigen poten staan. Zonder last te zijn voor iemand, allee ja…

Dominique: het verhaal van Frank, als we dat efkes naar de arbeidsmarkt vertalen, hé, dat is, vrachtwagenchauffeur, kan en mag niet meer rijden. Nu, dat is natuurlijk niet simpel voor een bedrijf om dan ja, voor, een andere plek te vinden binnen het bedrijf hé, want ja, euh, euh, ja, hoe moeilijk is dat dan? Om een ander plekje binnen het bedrijf te proberen versieren voor, voor iemand als Frank?

Fons: Ja, dat heeft weer te maken met het feit dat wij vanuit de bedrijven dikwijls vertrekken vanuit ons vacatures, en niet vanuit de mogelijkheden van personen. Hé, eigenlijk zouden bedrijven dan op maat van Frank een job moeten kunnen boetseren, hé, volgens wat dat hij dan nog heeft, wat zijn verwachtingen, wat zijn mogelijkheden zijn. Dat kan natuurlijk niet in ieder bedrijf. Dat kan veel moeilijker in een kleiner bedrijf dan in een groot bedrijf, maar daarom moet je ook de arbeidsmarkt bekijken. Het kan misschien niet in het bedrijf waar dat hij werkte, maar het kan misschien in een ander bedrijf wat bij Frank ook getoond is hé. Hij is niet teruggegaan naar zijn vrachtvervoer euh, bedrijf, maar hij is euh, overgestapt naar het hondensalon. Dus, ja, we moeten de arbeidsmarkt ook globaal bekijken en niet altijd een oplossing willen zoeken in het eigen bedrijf, als dat daar niet kan, wel, het kan ergens anders, die talenten zijn zéker dienstig ergens anders op de arbeidsmarkt.

Dominique: Is dat zoiets Wouter euh, euh, dat jij, euh, in jouw bedrijf ook wel tegenkomt, kan ik mij inbeelden?

Wouter: Ja. Als ik euh, als ik Fons hoorde, dacht ik spontaan aan euh, aan, één, ja, twee, twee vrachtwagenchauffeurs, mannen die met mij begonnen zijn, euh, maar als je 63 zijt en je rijdt met een grote vrachtwagen met karren schoenen op en af en, en, en, allez, dat moet ik dus niet doen hé. Euh, die kwamen zeggen van: 'Wouter, het gaat niet meer.' Dat ik zeg ja, mannen, dan gaan we een oplossing zoeken hé. En we hebben ook logistiek, we hebben distributie, er moeten herstellingen gebeuren aan ons stofzuigers of allez, er zijn kleinere zaken. En dan zoek je een weg.

Dominique: Ja. Bestaat daar ook steun voor, hé, daarmee bedoel ik, ja, euh, euh, een bedrijf dat toch alsnog een werknemer wil aan de slag houden, kan daar op steun gerekend worden, overheidswege of…

Fons: Ja, er zijn eigenlijk euh, financiële incentives waarbij de handicap of de beperking volledig wordt weggenomen door de financiële steun, er bestaan voldoende organisaties die ook zorgen voor begeleiding op de werkvloer, begeleiding naar de nieuwe job, dus eigenlijk is het geen excuus hé, er bestaan financiële en andere incentives om die integratie euh, in te richten.

Dominique: Oké. Euh, we zijn hier de fragmenten uit het oog aan het verliezen.

Dominique: Oké, we gaan er gewoon naar luisteren.

Frank: Da’k terug asem, ja, da’s door nen doktoor. **Maar da’k mij terug nuttig voel, ja da’s niet door den doktoor. Dat is door hun. GTB heeft er voor gezorgd da-da-da’k op de arbeidsmarkt terecht kon.

Fons: Fantastisch.

Dominique: Ja. Belangrijk en schoon wat hij daar zegt hé, u terug nuttig voelen.

Fons: Ja, hij, hij voelt terug die drive om, om iets te betekenen in de samenleving, hij heeft daar een nieuwe passie gevonden en ja, hij wil voor die passie gaan en zo zijn leven terug herinrichten, fabuleus eigenlijk hé.

Dominique: Ja, want een truckchauffeur die eigenlijk plots kapper wordt van chiwawa’s hé, ja, dat is wel een serieuze hé, euh, ja, een switch.

Fons: Ja maar de humor dat hij daar euh, dan tegenoverstelt van, waarom dat hij dat zo een gelukte omslag in zijn loopbaan vindt, dat is, dat is, dat geeft gewoon de wijsheid mee wat dat hij zegt van ja, ik moet niet vasthouden aan iets wat dat ik niet meer kan, maar ik weet dat ik heel goed dit kan en dat daar ook mijn passie ligt, laat mij opteren voor die nieuwe passie.

Dominique: Hebben jullie euh, tips voor mensen die moeilijk aan de bak geraken door een beperking? Euh, Wouter?

Wouter: Goh, ja ik denk u bijscholen of, of, of, euh, toch dingen blijven volgen, euh, de wereld is zo aan het digitaliseren, zeker voor mensen die, die wat ouder zijn en die dat niet hebben meegekregen om daar een, een tandje bij te steken, ik denk dat dat, dat dat heel nuttig is. Ik denk dat je heel veel kunt winnen door open en transparant te zijn. En door open kaart te spelen en te zeggen van voilà dat ben ik, dat is mijn beperking, maar dat zijn mijn talenten en je kunt ervan op aan, dat is mijn drive om ervoor te gaan. werken aan persoonlijke ontwikkeling, daar geloof ik persoonlijk heel erg in. Uw eigen, uw eigen proces instappen en, en durven kijken naar uzelf ook als je halverwege de, de carrière zijt, op 45 toch nog iets doen rond persoonlijke ontwikkeling, geloof ik heel erg in.

Dominique: Ja. Ja. Zijn er ook tips naar collega-werkgevers? Want allez, ik neem aan, jullie zijn daar allez, heel erg mee bezig, maar de realistische kant van mezelf, zegt dat heel veel werkgevers daar niet mee bezig zijn, maar totaal niet.

Wouter: Maar er is toch iets aan het veranderen denk ik. En ik kijk ook naar euh, naar jullie. Euhm, en, de meest cynische collega’s of, of de meest kritische collega’s, die mij misschien vroeger nog wat een pastoor met geitenwollen sokken zouden genoemd hebben, zien nu wel van maar potverdorie, ’t werkt ook wel precies hé. Hé, dus dat bedrijf dat, dat blijft wel groeien. En dat is duurzaam en medewerkers geluk en, en duurzaam economische resultaten op de lange termijn kunnen écht wel hand in hand gaan, en dán natuurlijk, als terug de, de eurotekens euh, in het vizier komen, ja, dan, dan is men wel bereid om te luisteren. En dan denk ik, oké, het is dan misschien wel een means to an end hé, om dat te bereiken, maar goed, ondertussen wordt er toch misschien een stap gezet, dus ik ben hoopvol.

Dominique: Het rendeert zowel op menselijk vlak als op financieel vlak. Zoiets?

Martine: Eye-opener, ik durf heel bruuskerend zijn hé, allez, als je geen euh, allez, beleid hebt van duurzaamheid en inclusie, niemand wilt nog voor u werken hé. Ja, je gaat het misschien eens alleen kunnen doen, dan hoop ik dat je héél veel goede informatici heb zeg ik dan. Want het is niet haalbaar. Dus, die bedrijven zijn gedoemd om te verdwijnen hé. Die gaan niet overleven.

Dominique: Oké, ik hoop dat ze meeluisteren. Voilà, we hebben hier een euh, Nostradamus bij ons.

Martine: Ik heb nog een tip voor, voor de luisteraars. Ik vond dat, gaan en blijven gaan. Gaan en blijven gaan. Ik denk, je gaat op een piëdestal voor uw spiegel staan en zegt, ik ben nodig in de maatschappij, en ik ga iemand vinden die in mij gelooft.

Dominique: Mooi.

Wouter: Dat is prachtig.

Dominique: Euh, ik ga daar efkes op inpikken, want Fons jij hebt een euh, boek geschreven, euh, Work Action Heroes, euh, ja…

Fons: Wouter was op de persvoorstelling.

Wouter: Absoluut. Ja, het was fantastisch.

Dominique: Ik ga effen kort euh…

Wouter: … met de stripverhalen.

Dominique: Waarom heb je dat boek, met die stripverhalen?

Wouter: Ja, Fons is een geweldige stripliefhebber.

Dominique: Oké, vertel efkes waarom dat je dat boek geschreven hebt.

Fons: Wel, omdat we, ja mensen eigenlijk op twee manieren kunnen bekijken, ik vergelijk het een beetje met euh, Peter Parker hé, die een nerd is en die euh, introvert is en ja, eigenlijk niet echt een sociaal leven heeft, maar plots verandert die dan in Spiderman en krijgt hij superpowers hé. En ik geloof dat eigenlijk ja, het is hoe dat je naar mensen kijkt. Hé, iedereen is een Spiderman of een Spiderwoman hé. maar daar moet je naar kijken, naar de talenten, de mogelijkheden die ze hebben, en dat is eigenlijk het verhaal van de Work Action Heroes, hé, iedereen is een held op de arbeidsmarkt. Als we met de juiste bril naar de mensen kijken.

Dominique: Oké, Wouter, euh lukt dat bij jullie, bij Schoenen Torfs, namelijk iemand euh, ja, met een compleet andere achtergrond toch aan het werk euh, euh, krijgen?

Wouter: Ja, ik denk nu spontaan aan, aan Saskia, die ik ooit nog zelf heb aangenomen, 25, 30 jaar geleden denk ik en, en Saskia, een bevlogen madam, krijgt op een bepaald moment een, een hersenbloeding en kan geen winkelmanager meer zijn, maar kan nog vanalles wel. En die leidt vandaag de fotostudio waar dat wij al onze schoenen voor de webshop fotograferen en doet dat nog altijd met hart en ziel.

Dominique: Ah ja. Ja. Het kan.

Wouter: Het kan zeker! Maar er is goede wil nodig gewoon.

Dominique: Ik heb ook nog een heel fijn voorbeeld van een euh, zeer veerkrachtig iemand die ik ontmoet heb, een superheldin en euh, dat is Marlies. En als ik aan Marlies denk euh, dan denk ik euh, aan een zwembadgeur, dan denk ik ook aan euh, ASS, zij heeft autisme spectrum, euhm stoornis, en ik moet ook een beetje denken aan euh, Niels Destadsbader, waar zij hévige fan van was en die haar ook soms door moeilijke periodes euh, heeft geholpen. Maar ik ga haar efkes zelf aan het woord laten.

maar waarom kunnen jullie dat op een normale manier – en waarom heb 'k ik daar weer hulp bij nodig?

(Marlies) Ik krijg veel die opmerking. (Dominique) Ja ja. (Marlies) Dat het eigenlijk ja bij wijze van spreken onzichtbaar is.. (Marlies) ...dat er iets in mijn hoofd niet niet loopt gelijk hoe dat 't moet lopen. (Dominique) Want is dat het moeilijke, he? Ja als ge uw been gebroken hebt, ja mensen zien da ge ne plaaster aan hebt he maar de plaasters of pleisters in iemand zijn hoofd, die zien we vaak niet he. Was dat het moeilijke om da onzichtbare, zichtbaar of bespreekbaar te maken? (Marlies) Ja, ik had 't daar heel moeilijk mee

Dominique: Ja, ik, ik was heel erg getoucheerd toen dat Marlies euh, zei van, hoe doen jullie dat, hé, de zogezegde normale mens? we zijn natuurlijk allemaal kwetsbaar, want we zijn mens hé, we hebben allemaal onze beperkingen, bij de ene zal het misschien wel meer opvallen dan de andere, maar dat zij zelf ja, zij voelde al, al vroeg, er, er klopt hier iets niet met mij, maar hoe dat zij babbelde over jullie in een normale wereld, ik vond dat heftig om te horen, euh, eigenlijk

Wouter: Ja, het is inderdaad confronterend hé. Van, van dat, jullie en, en ik. Euhm, ja, ik denk dat dat de sleutel toch, toch empathie is wederom hé. En u inleven in, in de andere en op het moment dat dat ontstaat, ja, dat is al de eerste stap naar inclusie is dat je, dat je je bereid bent om u in te leven in de andere, en op het moment dat je dat doet, dan sluit je de andere al in.

Dominique: Werken er euh, mensen zoals Marlies euh, bij Schoenen Torfs?

Wouter: In de verkoop, in de winkels denk ik niet. Op het euh, distributiecentrum, ja, zie ik er wel enkele ja. Waarvan het dan ook geweten is, en euhm, waar er een modus vivendi gevonden is.

Dominique: Fons, is dat een herkenbaar verhaal, een verhaal zoals Marlies?

Fons: Dat is euh, heel herkenbaar ja, ja. Ik denk dat we het ook euh, onderschatten hoe breed dat is euh, ik stel dat nu zelf vast met mijn euh, kleindochter, mijn jongste kleindochter die ook euh, een beperking heeft euh, hoe dat de samenleving daarop reageert. Maar ook hoe dat zij zelf ziet wat dat het verschil is met haar leeftijdsgenoten. En euh, ja, dat doet me toch denken dat we ja, meer sensitieve organisaties moeten hebben, sensitief leiderschap moeten hebben, oké, we weten niet alles hé, we zijn ook maar mensen met ons eigen beperkingen, maar als je voelhorens hebt en detectiesystemen en een open cultuur waar dat alles bespreekbaar is en waar dat er, ja, die zorgzaamheid waar dat Wouter het over had, waar dat die zorg een, een deel is van de missie, van de visie, van de waarden van het bedrijf, ja, dan heb je daar wel goede vooruitzichten in dat die medewerkers zich ook gevaliseerd gaan worden, en als er iets is, ja, dat zal misschien met een hapering gebeuren, maar uiteindelijk is daar een cultuur van opvang en van coaching aanwezig die zal maken dat die medewerker dan zich wel verder zal geïntegreerd voelen, dus euh, ja,

Dominique: Want hoe zorg je ervoor dat hé, euh, euh, jullie als leaders, jullie kunnen wel zeggen, nee, nee, wij willen lekker inclusief zijn, maar het is ook wel op de werkvloer dat, de medewerkers moeten ook wel inclusief willen zijn, want als er iemand niet omkan met iemand met AS SS bijvoorbeeld, ja, wat dan? Dus, hoe kan je jouw werknemers daarin begeleiden?

Wouter: Ik moet nu spontaan terugdenken aan een mail die ik vorige week kreeg van de ouders van Nel. En Nel is 16 of 17 jaar, en euhm, doet bij ons stage in de winkel in Tongeren. En Nel heeft ASS. En die papa schrijft mij een mail van, waarin dat hij mij bedankt en de winkelmanager bedankt van hoe dat Nel daar ontvangen is, onthaald is, en hoe dat zij zich voor de eerste keer ergens welkom heeft gevoeld en voor de eerste keer dat die ouders perspectief hadden, ons dochter gaat misschien ook ergens kunnen werken. Ik heb die mail natuurlijk direct doorgestuurd naar de winkelmanager van Tongeren, naar Kristel, een schat van een mens die zei ja, dat is toch de, de logica zelve? Euhm, dus ja, dan ligt er natuurlijk heel veel in de handen van Kristel, van de shopmanager, en van dat team dat dat goed aanpakt, en dat is dan ook weer de vrucht van, van de cultuur, dat dat bij ons gewoon zo moet gebeuren, maar dat is wel fantastisch om, en als je dat dan, die emotie van die ouders leest, allez dan, en je bent zelf vader en grootvader, dan denk je, zo moét het toch gewoon hé, zo moet het gewoon. Allez.

Soms zou ik zo wel Wouter willen zijn, zo een baas, ik doe dat gewoon. Foert.

Dominique: Ja maar, Martine die heeft…

Wouter: Ja maar Martine, het was Wouter niet, het was Kristel die die dat helemaal autonoom heeft gedaan hé. Maar die wel vanuit de cultuur, de, de affirmatie had van wat jij doet, dat is goed. En als Nel er eens iets verkeerd uitslaat tegen een klant, dat is zo erg niet. Dan gaan we tegen die klant zeggen, mevrouw, ja, en dan zeggen die mensen ook, dat is toch geweldig?

Martine: Die werknemers zou je op een piëdestal moeten zetten.

Wouter: Ah ja, ja, ja.

Martine: Die moet je dan echt aantonen als voorbeeld van de grassroots, ik ben een heel grote believer in grassroots. De organisatie zelf weet wel wat ze moet doen. Je moet alleen die kans geven. Het is niet altijd die lijn die het dan doet hé.

Wouter: Neeeh. Akkoord.

Dominique: Ik hoor hier euh, euh, werknemer van de maand benoemen en zeggen waarom.

Martine: Ja voilà, absoluut hé.

Dominique: Maar doen we dat misschien te weinig, dat soort dingen, bejubelen en zeggen hé, zo kan het dus ook hé.

Wouter: Ja, ik doe het altijd. Allez, ik, ik, en ik ja, maar we doen te weinig hoor. We doen te weinig.

Dominique: Maar, worden jullie daar ook in begeleid, want hé, Wouter jij zegt ja, ik wil die cultuur binnen mijn bedrijf brengen, dat is hard werken want dat doe je niet van de ene dag op de andere. Ben je daar zelf ook begeleid in geweest?

Wouter: Nee eigenlijk niet Dominique. Nee. Da's gegroeid en, en dat komt uit het DNA van mijn grootouders die dat ook deden en, en dan zie jij collega’s en medewerkers die dat dat affirmeren en zeggen maar dat, dat is de manier, zo moeten we het doen. En dan trek je gelijkgestemde zielen aan en dan, dan bouw je iets hé.

Dominique: Mooi. Goed euh, lieve gasten, euh, Wouter, Martine, Fons, we zijn er bijna. Allez, dan bedoel ik niet met de inclusie, want daar is nog héél, heel veel werk, maar euh, wel met deze podcast bijna. Euh, los van het feit dat ik jullie heel hard wil bedanken, zou ik toch graag nog een afrondende vraag stellen aan elk van euh, jullie. Ik ga beginnen met jou Fons, euh, welk laaghangend fruit laten bedrijven en ondernemers nog heel vaak hangen als het over inclusie gaat?

Fons: ik zou zeggen het is niet, geen laaghangend fruit niet meer dat moet geplukt worden, want het is geplukt, het is beschikbaar, het ligt voor u, alleen moet je een andere bril opzetten om die talenten, om die mogelijkheden, om die competenties te ontdekken. Dus zet absoluut die talentenbril op en euh, ja, bestuif zo opnieuw uw HR en uw wervingsbeleid.

Dominique: Ja, oké. Wouter, stel dat tijd, geld en praktische bezwaren geen issue waren, wat zou je dan doen om, om ja, inclusie vanzelfsprekend te maken. Hoe zouden we dat kunnen doen?

Wouter: Tja, dan denk ik euh, ja, ik sluit mij toch wat aan bij, bij wat dat Fons heeft gezegd hé, van zet die bril eens een keer af, van, van euh, en nu, nu ik realiseer mij ook doorheen dit gesprek dat euhm, ja, dat dat euh, dat gegeven van dat wij beste werkgever zijn en die reputatie hebben, ja dat dat een beetje heel eerlijk gezegd, ja, die blik van inclusie wat afwendt, want dat maakt u ook aantrekkelijk op de arbeidsmarkt, maar dat is ook een gigantische leerkans dat je laat liggen. Of bron van verrijking. Of, of kans om maatschappelijke verantwoordelijkheid te pakken, waar dat ik het altijd zo over heb. Dus dat heb ik vandaag wel geleerd ja.

Dominique: Oké, dat is mooi.

Dominique: Dankuwel iedereen. Wat ik zelf meeneem, dat is dit: inclusie, da's elkaar diep in de ogen kijken, en der gewoon aan beginnen. Heeft deze podcast je geprikkeld om daar zelf mee je schouders onder zetten? Dan kun je mailen naar overdedrempel@gtb.be. Bedankt voor het luisteren.